Toeristische sector heeft grote impact op Nederlandse economie, werkgelegenheid en leefomgeving

De reis- en toerismesector van Nederland bevindt zich op een opmerkelijk groeipad en zal dit jaar naar verwachting volledig herstellen van de pandemie. Dat voorspelt de World Travel & Tourism Council (WTTC). Positief is dat veel inkomsten vanuit binnenlands toerisme komen en de sector veel banen creëert. Negatief is de hoge uitstoot en het gebruik van veel fossiele brandstoffen. Ook draagt de sector veel bij aan de overheidsfinanciën.
Economisch
De Nederlandse toeristische sector zal naar verwachting dit jaar 119,4 miljard euro bijdragen aan de nationale economie, waarmee het niveau van vóór de pandemie wordt overtroffen. Toerisme heeft volgens de WTTC een aandeel van 10,4% in de Nederlandse economie. Nog maar 0,6 procentpunt verwijderd van het niveau van 2019. De sector zal in 2025 naar verwachting 1,5 miljoen banen ondersteunen, dat is 15,2% van alle Nederlandse banen. Voor de pandemie werkte 15,7% in toerisme en ondersteunde de sector 1,4 miljoen banen. De sector draagt 62,1 miljard euro af aan de overheid (in 2023). Maar liefst 13,3% van de overheidsinkomsten.

Verhoudingen
Binnenlandse bezoekers zijn goed zijn voor 78,4% van de reisuitgaven. Een vijfde van de bestedingen komt van buitenlandse reizigers. Vanuit het buitenland komen de meeste bestedingen van reizigers uit Duitsland (36%, België (13%), het Verenigd Koninkrijk (9%) en de Verenigde Staten (8%). Veruit de meeste reisbestedingen (80,6%) komen van leisure reizigers.
Ecologisch en sociaal
Maar het is niet allemaal positief. Toerisme was in 2023 in Nederland verantwoordelijk voor 10,7% van de uitstoot van broeikasgassen. Wel lopen de emissies per verdiende euro licht terug. In de toeristische sector wordt 89,3% van de energie opgewekt door fossiele brandstoffen. Ook heeft maar 5,9% van de werknemers een hoog inkomen. Positief is dan weer wel dat veel jongeren (33,3%) werk in de sector vinden.
