Kwaliteit van leven Nederlanders driekwart goed
Voor de
vrijetijdseconomie is het een grote factor: hoe goed zit de Nederlander is zijn
vel. Behoorlijk goed. Twintigers voelen zich het beste. De levensfase bepaalt
veel.
Een op de drie Nederlanders is
relatief zeer welvarend en naar eigen zeggen gezond en tevreden met het leven.
Een kwart is dat niet. Vooral mensen met een hoge opleiding scoren hoog op de
schaal van welvaart en welzijn. Dit blijkt uit een nieuwe studie van CBS over
de kwaliteit van leven in Nederland.
Twintiger-stellen zonder kinderen staan er in welvaart en welzijn het beste voor. Zij zijn het meest tevreden, hebben een goede gezondheid, een baan en flink wat te besteden. Paren doen het sowieso bijna altijd beter dan alleenstaanden, omdat zij vaak twee inkomens hebben. En hoogopgeleiden doen het in welvaart en welzijn altijd beter dan laagopgeleiden, die bijvoorbeeld vaker werkloos zijn.
De groep achterblijvers in welvaart en welzijn bestaat vooral uit alleenstaande ouders met jonge kinderen, laagopgeleiden en mensen die moeten rondkomen van een uitkering.
Kwaliteit is moeilijk meetbaar
Kwaliteit van leven is een moeilijk te meten grootheid. CBS
operationaliseert deze grootheid aan de hand van de begrippen welvaart en
welzijn. Veel welvaart en veel welzijn betekenen een grote kwaliteit van leven,
weinig welvaart en weinig welzijn een geringe levenskwaliteit. Iemands welvaart
is groot als het inkomen van het huishouden waartoe hij of zij behoort
bovengemiddeld is, waarbij rekening is gehouden met de omvang en samenstelling
van het huishouden.
Iemands welzijn is groot als hij of zij de eigen gezondheid als goed omschrijft
en tevreden is met het leven.
