Gemeente Den Bosch verkoopt aandeel in Brabanthallen
Libéma wordt volledig eigenaar van de Brabanthallen in Den Bosch. De gemeente Den Bosch wil haar aandelen in het complex verkopen aan de exploitant. Tegelijkertijd hebben Libéma en de gemeente afspraken gemaakt over de verduurzaming van het complex en de bereikbaarheid. De gemeente Den Bosch krijgt een gouden aandeel.
De Brabanthallen zijn in de loop der jaren uitgegroeid tot de grootste evenementen- en congressenaccommodatie van Zuid-Nederland, met jaarlijks 700.000 bezoekers en € 69 miljoen aan bestedingen. Deze bestedingen genereren circa 1.100 banen.
Motivatie
Sinds 1990 zijn Den Bosch en Libéma de aandeelhouders van de NV MEI. Deze vennootschap is de eigenaar van de opstallen van de Brabanthallen/1931. Libéma is niet alleen mede-eigenaar, maar is ook de exploitant van het complex. De gemeente wil haar belang van de hand doen omdat het aandeelhouderschap van een beurzen-, evenementen- en congrescentrum voor de gemeente in beginsel geen kerntaak is.
Verkoop
Den Bosch verkoopt haar aandeel voor 7,4 miljoen euro. Dit bedrag zal in een periode van 10 jaar door Libéma worden betaald aan de gemeente. De gemeente blijft eigenaar van de grond die in erfpacht wordt uitgegeven. Voor de erfpacht betaalt Libéma jaarlijks 600 duizend euro. De gemeente krijgt één gouden aandeel met vetorecht over de benaming van de Brabanthallen en de aanwending van de Brabanthallen.
Duurzaamheid en bereikbaarheid
Verder hebben de gemeente en Libéma afspraken gemaakt over de duurzame bereikbaarheid van de Brabanthallen, de kwaliteit van de openbare ruimte en omgeving (vergroening van het terrein, langzaam verkeersroute naar De GruyterFabriek) en afspraken rondom duurzaamheidsmaatregelen op en om het complex. Libéma mag 900 parkeerplaatsen aanleggen op een nog te dempen deel van de haven die andere parkeerplaatsen op een overloopterrein vervangen. Het complex krijgt via dit terrein een tweede ontsluiting.
De gemeenteraad neemt in oktober een definitieve beslissing.