ToerismeTop 2018 minder perspectief dan gehoopt
Mona Keijzer doe je mee?
Een top heeft de betekenis in zich dat het leidt tot een akkoord en mogelijke oplossingen. Een akkoord ligt niet op tafel, wel een duurzaam perspectief op de ontwikkeling van Nederland als toeristische bestemming. NBTC presenteerde het Perspectief 2030 in Deventer tijdens een bijeenkomst waar bijna 500 vakgenoten op afkwamen. Uiteindelijk zijn de regionale toeristische marketingorganisaties, provinciale overheden en gemeenten aan zet voor concrete acties en uitvoering. De vraag om mee te doen ligt nu bij deze verantwoordelijken in aanloop naar de actieagenda en die volgt in 2019. Pijnpunt in het proces is het Ministerie van Economische Zaken. De deur lijkt op een kier te staan omdat middelen zijn toegezegd. Echter staatssecretaris Mona Keijzer (Economische Zaken & Klimaat): meldde overduidelijk in haar toespraak: "De actie is aan u.”
De deur lijkt op een kier te staan omdat middelen zijn toegezegd
Was het opzet dat Mona Keijzer vóór de presentatie van Perspectief 2030 was geprogrammeerd? Ze ging niet inhoudelijk in op de visie. Bijzonder genoeg heeft de staatssecretaris zelf ervaring met overtourism, het onderwerp dat als een grijze deken over de top hing. Keijzer is afkomstig uit Volendam en vertelde dat regelmatig toeristen in de keuken stonden. De buitenlandse talen van de ongenode gasten maakten de ervaring nog vreemder. Staatssecretaris Mona Keijzer: "De aanhoudende groei van het toerisme biedt kansen voor alle ondernemers in dit land. Bij het benutten van die kansen moeten we rekening houden met de bewoners en hun omgeving. We kunnen de 17,9 miljoen buitenlandse toeristen en 24 miljoen Nederlandse toeristen echter niet zomaar herverdelen, of voorkomen dat ze Amsterdam willen zien. We kunnen ze wel verleiden om naar andere plekken te gaan, die minstens even mooi zijn. Deze Nationale Toerisme Top is een belangrijk startpunt en nu is het aan ondernemers, gemeenten en provincies om in actie te komen om iedereen te laten profiteren van deze bloeiende sector.” In het tweede deel van haar presentatie liet ze foto’s zien van onder meer Edam, Schokland, Kampen, Zwolle en Leeuwarden om duidelijk te maken dat Nederland nog heel veel mooie toeristische parels heeft. "In Leeuwarden pakken ze daar goed door met de opvolging in het Rembrandtjaar en in een combinatie met ondernemers die kansen zien. Denk vanuit de toerist en werk van daaruit aan de visie op de toekomst. De Rijksoverheid heeft daar ook een rol in. Onder meer vanuit openbaar vervoer waarvoor de travel ticket voor buitenlandse bezoekers is ontwikkeld. Denk aan justitie, die ingrijpt in vakantieparken bij oneigenlijk gebruik. Cultuur en kunst, want al die prachtige musea komen mede tot stand vanuit de rijksbegroting. Ik wil een bijdrage leveren aan de visie. De actie is aan u. Ik ben daarom blij met al die gedeputeerden en wethouders in de zaal.”
5 strategische pijlers
Jos Vranken presenteerde Perspectief 2030 en dat sloot hij af met vijf strategische pijlers waarmee de betrokken aan de slag kunnen.
- "Breng de lusten en lasten in kaart. In 2030 is er meer drukte op toeristische plekken dan nu het geval is. Niet alle bezoekers zijn toeristen. Niet alle toeristen zijn buitenlanders. Dat vraagt om oplossingen met maatwerk. Dat geldt bijvoorbeeld net zo voor bezoekers in de natuur. We moeten kijken op stad, buurt- en straatniveau.”
- "Er is een misverstand dat spreiding de oplossing is in overtourism. Dat is klinkklare onzin. Het gaat om het doorontwikkelen van steden op basis van hun eigen kracht. In Nederland is er sprake van veel onbenutte potentie. Nieuw aanbod kunnen we op basis van gedeeld belang ontwikkelen. Ontwikkelen en verleiden zijn het nieuwe spreiden.”
- "Toegankelijkheid en bereikbaarheid. Onze mobiliteitscapaciteit raakt op. Het openbaar vervoer met aansluiting tot en met de laatste kilometer is een probleem. Een integrale benadering voor mobiliteit en voor het gedrag in mobiliteit is nodig. We kunnen voortborduren op de basis die is gelegd en daarbij biedt toerisme kansen voor pilots en best practices.”
- "Verduurzaming moet. We moeten meer doen dan alleen het verlagen van de uitstoot, denk daarbij bijvoorbeeld ook aan het verminderen van zwerfafval. De sector heeft hierin een verantwoordelijkheid. Het is net de kans om de bezoekerseconomie in te zetten voor de versnelling van de verduurzaming. De trein kan een alternatief zijn voor toerisme voor al die Duitsers en Belgen die met de auto komen, als er een verbetering komt in het spooraanbod. Denk ook aan de versnelde elektrificatie van de auto en de fiets. Gebruik de opbrengst van een mogelijke vliegtaks voor de ontwikkeling van duurzaam vervoer en laat het niet in de schatkist verdwijnen.”
- "Verbeter de gastvrije sector. We hebben nieuwe trots nodig in hospitality, gastvrijheid is een echt vak. Laten we er als sector voor betere voorwaarden en loopbaanontwikkeling zorgen. Er is een groot tekort aan goed personeel. Als sector denken we ook aan nieuwe service concepten die high touch en high tech verenigen.”
Jos Vranken: "Toerisme verdient beleidsprioritering”
"De impact van het toerisme verdient beleidsprioritering op Rijks, provinciaal en lokaal niveau. Er moet meer gebeuren dan nu het geval is. De spelers in de bezoekerseconomie moeten aan de bak in de organisatie voor dit vergezicht. De complexiteit vraagt om coördinatie op meerdere beleidsterreinen (…) Er komt een landelijke investeringsagenda vanuit gedeelde belangen. Een voorbeeld is de vraag naar de landelijke data alliantie. Met die data kun je de concurrentiekracht van steden ontwikkelen. CBS, CELTH en NBTC hebben onlangs een eerste data lab opgericht. Met dit lab kunnen we dmo’s voorzien in de behoefte naar betere data. Er komt hierdoor een betaversie van de staat van de bestemming Nederland, met daarin onder mee cijfers over bezoekersdruk en bezoekerstevredenheid. Da krijgen we een 360 graden blik op toerisme en dat is meer dan louter kengetallen.”
Er komt een landelijke investeringsagenda vanuit gedeelde belangen
Slechts
zijdelings werden de destinatie marketing organisaties aangesproken
terwijl zij waarschijnlijk als spil in het netwerk veel kunnen doen om
Perspectief 2030 te realiseren. Pas in de paneldiscussie wees interim
voorzitter van Gastvrij Nederland, Kees van Wijk direct op deze rol. "De
dmo’s handelen in dit perspectief heel anders. De designers (van
Perspectief 2030) zitten in de zaal en dat zijn de dmo’s. Zij moeten de
samenbindende functie van proces en het koppelen van mensen aan elkaar
uitvoeren. Zij hebben echter geen kassa’s, zij zijn niet van de
regelgeving. Daar zit wel de schakelfunctie. Die rol nemen ze maar
zonder die rol sterft het proces een zachte dood. Op het moment
bijvoorbeeld dat we zeggen dat toerisme inclusive moet zijn en dat we
als sector stappen zetten op de arbeidsmarkt dan moet de overheid niet
korten op de rijkssubsidies voor de mbo’s. Daar is regie van de
rijksoverheid voor nodig.”
Omdat oplossingen tegen overtourism maatwerk zijn, ligt de bal bij de lokale marketingorganisaties. Daarom vroegen we experts uit deze hoek naar hun reactie op de ToerismeTop 2018 direct na afloop van het plenaire deel.
Reacties destinatie marketingorganisaties
Wilco de Jong, actief in regionale marketing bij de gemeenten Hof van Twenthe en Barneveld: "Het is een goed perspectief. Het klopt dat dmo's nog niet zijn ingericht op een nieuwe rol. Daarvoor ontbreekt ook nog het geld. Ik heb een goede band met de provincie en zij staan achter de ontwikkeling om het perspectief van 2030 te ondersteunen. Ik verwacht hulp bij het ontwikkelen van acties vanuit de provincie om de duurzame destinatie te ontwikkelen. Bijzonder is dat ook het bedrijfsleven achter initiatieven staat om duurzaam toerisme te helpen. Daarbij denk ik met name aan de pluimveesector in Barneveld. Dat was tien jaar geleden nog ondenkbaar.”
In Brabant is er nog vrijwel geen negatieve impact van de wereldwijde groei in toerisme en dat wil VisitBrabant graag zo houden. Heleen Huisjes, directeur VisitBrabant: "Het gaat niet om méér bezoekers, maar om de juiste bezoekers op de juiste plek. En over spreiding over de seizoenen en de locaties in Brabant. De Brabantbrede campagne ‘Brabant is Open’ is daar ook op gericht.”
Uitdaging: "Toerisme is nog té verdeeld”
Henk
van Voornveld, directeur MarketingOost: "Wij hebben als dmo meegewerkt
aan het Perspectief 2030. Ik ben heel blij met de plannen. Het is nog
helemaal niet duidelijk hoe dmo's zich moeten ontwikkelen maar het punt
op de horizon vind ik aantrekkelijk. Provincies, gemeenten en bedrijven
moeten zich inspannen om tot een duurzame ontwikkeling te komen. Ik zie
heel veel kansen voor Overijssel. Mona Keijzer houdt de deur dicht. Het
is beter als EZ meedoet want je hebt beleidsondersteuning nodig op
landelijk niveau. Maar er is ook een uitdaging voor de sector. Toerisme
is nog té verdeeld. We moeten ons sterker verenigen en ik denk dat
daarbij een rol is weggelegd voor een sterkere functie van
brancheorganisatie Gastvrij Nederland.”
Kees van Wijk, directeur VVV Nederland en interim directeur Gastvrij Nederland: "Je moet er voor zorgen dat dmo's mede-eigenaar worden in de ontwikkeling van duurzame bestemmingen. Het is een gedeeld perspectief en daar moet iedereen bij aanhaken. Het gaat veel verder dan NBTC maar het is goed dat zij de handschoen hebben opgepakt. De regio's en steden moeten het gaan doen. EZ moet meedoen. Het ziet er naar uit dat Mona Keijzer de deur dichthoudt maar er is ook een opening. Het kan niet zo zijn dat er geen ondersteuning vanuit het departement komt. Ik zie graag dat de kennis van de toeristische sector op het departement wordt vergroot. Nee, het gaat niet om geld, maar om ondersteuning met beleid en mensuren. EZ moet bij het proces betrokken blijven. Het kan niet zo zijn dat de opgedane kennis en infrastructuur in de ontwikkeling van duurzaam Nederland verbrokkelt.”
EZ moet bij het proces betrokken blijven
Michiel van der Schaaf, directeur RBT Heuvelrug & Vallei: "Onze rol van RBT zal volledig anders moeten. Ik ben blij met dit perspectief. Ik ben benieuwd naar de actieagenda die nu wordt ontwikkeld. Om uit te gaan van een druk Amsterdam en dat de rest een ondersteuning is van de hoofdstad vind ik een te eenzijdig verhaal. Voor het nieuws van het perspectief hoefde ik hier niet te komen. Voor het netwerk vond ik dit een uitstekende dag. We gaan als organisatie mee in de veranderingen. Er zit een uitstekende ploeg mensen bij de Heuvelrug die ook met andere opdrachten prima de Heuvelrug kan veranderen.”