De stemming over Nederland blijft positief, maar minder dan aan het begin van het jaar
De stemming in Nederland blijft positief maar Nederlanders zijn minder positief dan aan het begin van het jaar. Nederlanders zijn minder positief over de eigen financiële positie en de Nederlandse economie. Ook zijn er weer meer pessimisten dan optimisten. Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau in het vierde kwartaalbericht van 2018 over het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB).
De verwachtingen voor de eigen financiële positie en de Nederlandse economie zijn dit kwartaal gedaald ten opzichte van het vorige kwartaal, respectievelijk van 89% naar 84% en van 86% naar 78%. Begin 2018 waren er plotseling meer mensen die het de goede kant op vonden gaan met Nederland dan mensen die het de verkeerde kant op vonden gaan. Evenals vorig kwartaal zijn er nu weer meer pessimisten (48%) dan optimisten (42%), maar voor 2018 was die laatste groep vaak veel kleiner. De grootste verschillen in maatschappelijk optimisme bestaan tussen electorale groepen. Van de mensen die nu PVV zouden stemmen ziet 73% het meer de verkeerde kant opgaan met Nederland en 19% meer de goede kant op, bij de FvD-stemmers is dat 69% en 26%. Van de VVD- en D66-stemmers ziet 75% en 73% het meer de goede kant op gaan en 20% en 19% meer de verkeerde kant op.
Hoe vinden Nederlanders dat het met ons land gaat?
Mensen die het de goede kant op vinden gaan met Nederland, wijzen vooral op de goede economische prestaties en vooruitzichten, zien ons land het beter doen dan andere landen en denken dat we meer aandacht krijgen voor wat ‘echt belangrijk’ is (milieu, immateriële zaken). Mensen die het meer de verkeerde kant op vinden gaan, geven daarvoor vaker en uitgebreider redenen dan optimisten. Zij vinden onder andere dat er te weinig voor Nederlanders en te veel voor anderen wordt gedaan, dat de Nederlandse eigenheid wordt bedreigd, de tolerantie en verbondenheid verloren gaan, de overheid tekortschiet en de politiek niet deugt.
De meeste mensen (77%) willen de overheid graag meer geld laten uitgeven aan verbetering van het onderwijs en de zorg en ook aan de bestrijding van armoede in Nederland. Er is echter heel weinig steun (13%) voor meer belastingheffing om de publieke dienstverlening op peil te houden.
Wat vinden Nederlanders van de flexibele samenleving?
In dit kwartaalbericht onderzocht het SCP hoe Nederlanders denken over de ontwikkelingen naar een meer flexibele samenleving waar mensen vaker zelf kunnen bepalen waar en wanneer ze werken, waar winkels langer open zijn en waar consumenten gemakkelijk te allen tijde wat kunnen bestellen of laten bezorgen.
Die verschuiving naar een flexibele samenleving voor een grote meerderheid van de Nederlanders een ontwikkeling in de gewenste richting. Weinigen zouden terug willen naar de situatie van vijftien jaar geleden. Mensen zijn gewend aan hun nieuwe verworvenheden, vooral als consument, en zien veel voordelen van flexibele werk- en openingstijden. Men verwacht dat het ritme in de toekomst nog flexibeler wordt, maar dat hoeft voor een grote groep niet. Een flexibele samenleving heeft namelijk ook nadelen, zoals het gevaar dat mensen langs elkaar heen leven en een gebrek aan ingebouwde rustmomenten.
Toch zijn de afgelopen tien jaar gevoelens van gejaagdheid niet schrikbarend toegenomen, 63% voelt zichzelf zo nu en dan gejaagd in het dagelijks leven, 17% voelt zich vaak gejaagd. Wel zien Nederlanders in vergelijking met 2010 vaker ‘combinatiedruk’: 62% ziet dat meer mensen moeite hebben hun dagelijkse activiteiten (zoals zorg en werk) te combineren. In 2010 was dat 54%. Er lijkt ook meer begrip te zijn voor drukte. Het aandeel dat vindt dat mensen die druk zijn niet kunnen kiezen, daalde tussen 2010 en 2018 van 36% naar 23%.
Omgaan met de flexibele samenleving en drukte is niet zozeer een maatschappelijk probleem, zo vindt men, maar vooral ieders eigen verantwoordelijkheid. Mensen herkennen dat de flexibele samenleving hoge eisen stelt en zien de maatschappij als behoorlijk druk, maar vinden het uiteindelijk toch vooral ieders eigen verantwoordelijkheid om goed om te gaan met de uitdagingen die onze tijd met zich meebrengt. Je moet zelf de juiste keuzes maken, rust nemen, je tijdig afsluiten van sociale media en je grenzen bewaken.